De bruine beer komt voor op het noordelijke halfrond van onze globe, zowel in Noord-Amerika en
Canada als in Europa en Azië.

Voorkomen van de bruine beer. Kaart: IUCN.
Er zijn een groot aantal ondersoorten bruine beren zoals:
1) Kamtsjatkabeer (Oost-Azië)
2) Grizzlybeer (USA en Canada)
3) Gobibeer (Mongolië)
4) Abruzzenbeer (Apennijnen/Italië)
Soms zijn het grote populaties (zoals in Europa waar er van de bruine beer meer dan 100.000
voorkomen, maar het aantal van de Gobibeer is slechts 40-60 individuen en dat geldt ook voor de
Abruzzenbeer in Italië. In west Europa leeft de grootste populatie bruine beren in Roemenië (6000
stuks).

Voedsel
De bruine beer is een carnivoor (is dus in principe een vlees- of viseter). Maar in de praktijk leeft de
beer voor 70% van plantaardige producten (planten en vruchten) en is dus eigenlijk een alleseter!.
Zijn dieet is erg seizoengevoelig.

Voortplanting
Na de paring (mei-juli), zullen de bevruchte eicellen zich pas na september gaan ontwikkelen.
Daarom is de foetus bij de geboorte (december/januari) onvoldragen, niet behaard en zijn de ogen
nog gesloten. De babyberen zijn dan geheel afhankelijk van de moeder. Vaak worden er 2-4 jongen
(cubs) geboren. Hun gewicht is maar 50 gram! De geboorteplek is het hol dat de moeder in het
najaar heeft voorbereid. Daar verblijven ze dan meestal tot maart of april, afhankelijk van de
weersomstandigheden. De lente is het moment dat zowel de moeder weer vers voedsel nodig heeft
(zij zoogt vanuit haar ‘reserve’ al die tijd de jongen). Als ze naar buiten komen dan wegen de beertjes
vaak al 2,5 kg! De vrouwtjes nemen de jongen tot 18 maanden mee. Daarna gaan ook zij hun eigen
weg (=afspenen).

Gedrag
De beer is een solitaire soort. Hij/zij leeft dus alleen. Wat hun zintuigen betreft zien de beren slecht,
maar de reuk en het gehoor zijn extreem goed ontwikkeld. Het zijn voornamelijk schemer- en nacht-
dieren.

De meeste bruine beren gaan in winterrust (niet te verwarren met een winterslaap), vaak vanaf
november tot maart of april. Zowel het begin als het eind ervan hangt sterk af van de
meteorologische omstandigheden. Mocht in het vroege voorjaar er een korte warme periode
aanbreken dan kunnen beren weer ontwaken en enkele dagen rondlopen. Zodra de temperatuur
weer daalt dan gaan ze terug naar hun hol en vervolgen hun winterrust. Gedurende de gehele
rustperiode eten de beren niet en teren ze op hun opgebouwde vetreserves. Zij verliezen tot wel
40% van hun lichaamsgewicht. Pas vanaf september kunnen zij weer de benodigde vetreserves
opbouwen.

Kleur en gewicht
De bruine beer heeft een zeer uiteenlopende kleurenvacht. Het varieert van bijna wit (vaak daarom
een heilige beer voor de Inuit-bevolking en de ‘First Nation’-mensen in Amerika en Canada) tot bijna
zwart (de Amerikaanse zwarte beer). De meest gangbare kleuren zijn uiteraard allerlei varianten van
bruin.
Het gewicht van de bruine beer varieert van bijna 100 kg. (Gobibeer) tot meer dan 700 kg. (de
Grizzlybeer).